Kermis
Een paar weken geleden was ik op de kermis met mijn kinderen.
‘Dat vinden ze vast leuk,’ was mijn gedachte. Ik verheugde me al op een een ritje in een mini-achtbaan onder de Waalbrug en in de rups.
Maar mijn kinderen hadden totaal geen zin in een ritje in een mini-achtbaan of in de rups. Zij wilden aan touwtjes trekken om een blauwe dolfijn te winnen, maar het allermooiste vonden ze ‘de muizenstad.’
Ik heb bijna een uur in een warme, oude, muffe tent gestaan waar meer dan 300 muizen rondrenden in een houten modelstad van meer dan 80 jaar oud met een woonboot, een molen, een kruidenier, en ga zo maar door.
Bijna een uur.
En daar kon geen mini-achtbaan of rups tegenop. Omdat ik na een kwartier besloot om los te laten. En er voor koos om te zijn waar ik was.
In een warme, oude, muffe tent met mijn twee kinderen, de burgemeester van de muizenstad, en natuurlijk heel veel muizen.
Wat hebben we genoten.
En wat is het toch fijn om mezelf welkom te heten en te zijn waar ik ben.
“The closest to being in control we’ll ever be is in that moment when we realize we’re not.”
-Brian Kessler